D. Financiering
Inleiding
In deze paragraaf gaan wij in op de financieringsfunctie. Financiering is de manier waarop de gemeente geld aantrekt. Deze functie heeft als doel te voorzien in voldoende financieringsmiddelen tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden.
We melden in deze paragraaf hoe we hier in 2020 gebruik van maakten. Ook beschrijven we de voorwaarden van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm die bij de financiering horen. We informeren u ook over de leningenportefeuille en het schatkistbankieren.
Risicobeheer
Renterisicobeheer
Uitgangspunten van het renterisicobeheer zijn onder andere dat wij de kasgeldlimiet en de renterisiconorm, volgens de Wet financiering decentrale overheden (wet fido), niet overschrijden.
Kasgeldlimiet
De kasgeldlimiet is het maximale bedrag waarmee we een financieringstekort met een kortlopende lening gefinancierd mogen financieren volgens de Wet fido. In 2020 bedroeg de kasgeldlimiet € 13.931.000.
Het rentepercentage van leningen staat nog steeds op een laag niveau, voor kortlopende geldleningen was dit zelfs negatief. Daarom financierden we zoveel mogelijk met kortlopende geldleningen. Hierbij hielden we rekening met de kasgeldlimiet. We hebben de kasgeldlimiet niet overschreden.
Renterisiconorm
Om te voorkomen dat er jaarlijks grote wijzigingen zijn in de rentelasten, schrijft de Wet fido de renterisiconorm voor. De jaarlijkse aflossingen en wijzigingen in de rente mogen niet meer dan 20% van het begrotingstotaal zijn. In 2020 was deze norm € 32.800.000.
We overschreden in 2020 de renterisiconorm niet.
Kredietrisicobeheer
Kredietrisico’s op verstrekte gelden kunnen voortvloeien uit de mogelijkheid op een waardedaling van de vorderingspositie ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij. Er was geen sprake van een waardedaling van onze vorderingspositie. Door Corona is er een organisatie die uitstel van betaling gekregen heeft voor het betalen van de rente en aflossing van de geldlening.
Aan uitgezette langlopende geldleningen stond op 31 december 2020 een bedrag uit van € 748.000. Het bedrag aan uitgezette gelden per 31 december 2020 heeft betrekking op verstrekte leningen aan verenigingen en stichtingen binnen onze gemeente.
Het totale bezit aan aandelen N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), P.Z.E.M. NV, DataLand en N.V. Economische Impuls Zeeland bedraagt € 668.000 (waardering tegen verkrijgingsprijs). Daarnaast nemen wij deel in de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting en de Stichting Zeeuwind. Het bedrag dat hiermee gemoeid is bedraagt ca. € 367.000.
De conclusie is dat wij nauwelijks kredietrisico’s lopen op de vaste uitzettingen. De uitgezette gelden hebben in alle gevallen een voorzichtig karakter en zijn niet gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatige risico’s.
Intern liquiditeitsbeheer
Dit betreft het beheersen van de risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning. Hierdoor kunnen de financieringskosten hoger uitvallen. Voor de liquiditeitspositie tot een jaar was een planning aanwezig. Deze actualiseerden wij dagelijks op basis van de geldstromen binnen de organisatie en de wijzigingen daarin. Voorop stond dat wij altijd aan onze betalingsverplichtingen konden voldoen. Hiervoor waren steeds voldoende geldmiddelen beschikbaar.
Koers- en valutarisicobeheer
Wij zijn geen belangrijke c.q. omvangrijke financiële transacties in vreemde valuta aangegaan. Daarmee zijn er geen koers- en valutarisico’s.
Renteomslagpercentage
De richtlijnen van de notitie rente van de commissie Besluit Begroting en Verantwoording treden in werking met ingang van 2018. Wij passen deze notitie vanaf 2017 toe conform de commissie Besluit Begroting en Verantwoording. Hieronder geven wij inzicht in de rentekosten en -baten en het renteomslagpercentage.
Berekening renteomslagpercentage | Bedrag x |
---|---|
Externe rentelasten over korte en lange financiering | 5.018 |
Externe rentebaten -/- | -27 |
Subtotaal externe rente | 4.991 |
Aan grondexploitatie toe te rekenen rente -/- | -244 |
Aan taakvelden toe te rekenen rente voor projectfinanciering -/- | |
Rentebaten specifieke leningen voor doorverstrekte geldleningen -/- | |
Saldo door te rekenen externe rente | 4.747 |
Rente over eigen vermogen | |
Rente over voorzieningen (gewaardeerd op contante waarde) | |
Aan taakvelden (inclusief overhead) toe te rekenen rente | 4.747 |
Werkelijk aan taakvelden toegerekende rente -/- | -4.747 |
Renteresultaat op het taakveld Treasury | 0 |
Rente (A) | 4.747 |
Boekwaarde taakvelden (B) | 196.097 |
Renteomslag (A/B)*100% | 2,421% |
Afronding op 0,5% | nvt |
Gemeentefinanciering
Financieringspositie
Uitgangspunten financiering
Voor de financiering in 2020 hebben we de kasgeldlimiet zoveel mogelijk benut. Dat betekent dat we de financieringsbehoefte met kort geld hebben ingevuld.
Langlopende financiering (looptijd langer dan 1 jaar)
In 2020 sloten we geen langlopende geldlening af.
Op de bestaande geldleningen losten we € 13.379.000 af. Daardoor verlaagde het bedrag van de langlopende geldleningen van € 153.428.000 naar € 140.049.000.
Kortlopende financiering (looptijd korter dan 1 jaar)
In 2020 was er op diverse momenten een tekort aan liquide middelen. Hiervoor trokken we kortlopende geldleningen aan. De rentepercentages voor deze kortlopende leningen waren negatief. We ontvingen hiervoor rente.
Relatiebeheer
Dit behelst het onderhouden van de relaties met financiële instellingen. De treasurer heeft regelmatig contact met verschillende banken waarmee wij een relatie hebben. De condities op producten en diensten geleverd door de financiële instellingen zijn marktconform en er was een permanente beschikbaarheid van bancaire en financiële diensten tegen vooraf overeengekomen kwaliteit en prijs.
Informatievoorziening
Wij verstrekten verantwoordingsinformatie over de treasury-activiteiten aan zowel interne als externe belanghebbenden.
Interne belanghebbenden
Met de begroting en het jaarverslag informeerden wij interne belanghebbenden (het bestuur, het management) over de treasury-activiteiten.
Externe belanghebbenden
Wij verstrekten informatie met betrekking tot de treasury-activiteiten aan de toezichthouder (Provincie Zeeland) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Provincie Zeeland
Naast de begroting en het jaarverslag verstrekken wij aan de Provincie Zeeland een opgave van de stand van de vaste schuld, de stand van de vaste uitzettingen, informatie over de renterisiconorm en de kasgeldlimiet.
CBS
Driemaandelijks verstrekken wij een opgave van de stand van het EMU-saldo aan het CBS.
Schatkistbankieren
Sinds 1 januari 2014 is het voor decentrale overheden verplicht om geld wat over is tijdelijk te storten in de schatkist (Ministerie van Financiën). Op het moment dat we het geld nodig hebben nemen we dit weer op.
Hierbij is wel sprake van een drempelwaarde: bedragen onder deze waarde mogen we buiten de schatkist houden. De drempelwaarde is 0,75% van het begrotingstotaal. Deze drempelwaarde was in 2020 € 1.229.000
In 2020 is het gemiddelde drempelbedrag niet overschreden, zie hiervoor de tabel hieronder.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000) | |||||
---|---|---|---|---|---|
Verslagjaar | |||||
(1) | Drempelbedrag | 1.229 | |||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 204 | 165 | 542 | 478 |
(3a) = (1) > (2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 1.025 | 1.065 | 687 | 751 |
(3b) = (2) > (1) | Overschrijding van het drempelbedrag | - | - | - | - |
(1) Berekening drempelbedrag | |||||
Verslagjaar | |||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 163.894 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen | 163.894 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat | - | |||
(1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000 | Drempelbedrag | 1.229 | |||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 18.581 | 14.980 | 49.837 | 44.018 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 91 | 91 | 92 | 92 |
(2) - (5a) / (5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 204 | 165 | 542 | 478 |
Wet Hof
De Europese eisen en afspraken over reductie van het begrotingstekort en staatsschuld vormen de basis van de wet Hof. Met de Wet Hof geldt per jaar een macroplafond voor het EMU-tekort van alle gemeenten samen. De hoogte van het macroplafond wordt jaarlijks op basis van bestuurlijk overleg vastgesteld. Voor gemeenten bedroeg dit plafond in 2018 0,30% van het BBP (Bruto Binnenlandse Product). Het netto-financieringssaldo van alle gemeenten bij elkaar mag in een jaar niet boven dit plafond uitkomen. Het kabinet heeft de afspraak uit het financieel akkoord bevestigd dat er in deze kabinetsperiode tot en met 2018 geen sancties zullen worden opgelegd bij overschrijding van de ruimte. Ook voor de gemeente Terneuzen heeft dit dus geen gevolgen.