III Toelichting op baten en lasten

Onderstaand lichten wij de afwijkingen boven € 100.000 toe. De detailtoelichting vindt u terug in de toelichting baten en lasten per programma. Hier gaan wij op de afwijkingen die leiden tot het saldo van de jaarrekening 2020 vanaf € 40.000 nog wat dieper in.

De gevolgen van COVID-19 lopen door heel de jaarrekening heen, zo ook in deze analyses. In de analyses gaan we alleen op COVID-19 in als dat voor de desbetreffende post nodig is. Voor een totale analyse op COVID-19 verwijzen wij naar de paragraaf COVID-19.

Begrotingssaldo en onvoorzien na wijziging (€ 4.353.000 V)
Het saldo van de begroting na de 3e perioderapportage 2020 is € 3.450.000. Het saldo van onvoorzien na de 3e perioderapportage € 903.000. Voor de details hiervan verwijzen wij in dit geval naar de overzichten onvoorzien (onderdeel VI) en begrotingsresultaat (onderdeel VII).

Salarissen (€ -213.000 N)
Bij de salarislasten van de organisatie en het college is een tekort ontstaan van € 213.000. Dit valt grotendeels toe te schrijven aan het bij de 3e perioderapportage (te ruim) gecalculeerde voordeel. Bij de 3e perioderapportage zijn vanuit de post salarissen voor in totaal € 1 miljoen bedragen overgeboekt naar de algemene middelen (€ 300.000), naar de APPA voorziening (€ 150.000) en naar diverse inhuurbudgetten (€ 555.000).

Personeel van derden (€ 658.000 V)
Zoals aangegeven bij de salarissen is er een bedrag van € 555.000 overgeheveld van de salarissen naar inhuur bij de 3e perioderapportage 2020. Mede vanwege COVID-19, maar ook door het niet vinden van geschikte kandidaten voor de inhuur, is het niet gelukt om dit inhuur budget in te zetten.

Organisatiekosten (€ 297.000 V)
Mede vanwege COVID-19 zijn er voordelen op de organisatiekosten van totaal € 297.000. Dit betreft voor € 148.000 scholing, € 82.000 reis- en verblijfskosten en € 67.000 inventaris.

Belasting en heffingen (€ 342.000 V)
De paragraaf lokale heffingen laat zien dat er een voordeel is van € 507.000 op de belastingen, heffingen en leges. Voor de onderverdeling van dit bedrag verwijzen wij naar de paragraaf lokale heffingen. In het bedrag van de leges zit € 165.000 leges glasvezelnetwerk. Deze leges hebben we hier in mindering gebracht. Dit omdat wij deze meenemen in de post Verkeer en vervoer, zodat wij ook de kosten hierbij kunnen betrekken (zie Verkeer en vervoer).

Kapitaallasten (€ 1.129.000 V)
Het voordeel betreft voornamelijk afschrijvingen (€ 1,1 miljoen), een zeer gering deel is rente. Het rentevoordeel is al in 3e perioderapportage 2020 aan het voorlopig begrotingssaldo 2020 gevoegd. De verschillen op de afschrijvingen worden pas duidelijk als de kapitaallasten in maart na balansdatum definitief zijn.

Het verloop van de post kapitaallasten in 2020 kan als volgt worden weergegeven:

Het voordeel van de post afschrijvingen 2020 ten opzichte van de begroting 2020 na wijziging van € 1.134.000 betreft voornamelijk:
- Inzamelen en verwerken afval € 182.000;
- Wegen € 266.000;
- Openbaar groen en openluchtrecreatie € 113.000;
- Riolering € 118.000;
- Wonen en bouwen € 112.000.

De oorzaak hiervan zijn deels nog niet uitgevoerde investeringen, maar ook de gevolgen van de notitie materiële vaste activa van de commissie Besluit en Verantwoorden. Door de start van het moment van afschrijven in het jaar na ingebruikname van het activum is er een éénmalig voordeel in 2020. Dit omdat bij de opstellen van de begroting 2020 begin 2019 de gevolgen van de notitie materiële vaste activa nog niet waren verwerkt.

Toegerekend aan grondexploitatie en investeringen (€ - 442.000 N)
Wij hebben een nadeel van € 220.000 door per saldo minder werkelijke salarissen bij investeringen, bedrijventerreinen en grondexploitatie. In alle gevallen betreft het een van de raming afwijkende toerekening salariskosten. Dit door het aantal werkelijk bestede uren aan de desbetreffende zaken.

Wij hebben een per saldo nadeel van € 223.000 door het minder toerekenen van overhead aan de investeringen, bedrijventerreinen en grondexploitatie. De overhead rekenen wij toe door een opslag bovenop de salarissen te doen. Omdat wij minder salarissen aan de investeringen, bedrijventerreinen en grondexploitatie toerekenden is er ook minder overhead toegerekend. Daarnaast was bij de begroting 2020 de toegerekende overhead aan investeringen, bedrijventerreinen en grondexploitatie niet gewijzigde ten opzichte van 2019, wat het hogere nadeel ook deels verklaart.

Verkeer en vervoer (€ 109.000 V)
De belangrijkste reden voor het positieve verschil is het saldo van de ontvangen leges, degeneratievergoedingen en de kosten die gemaakt zijn door derden voor het glasvezelnetwerk. Het overschot is voor een belangrijk deel aangemerkt als budgetoverheveling naar 2021 om in dat jaar dit verder uit te voeren.

Energie (€ -101.000 N)
Bij de meeste gemeentelijke gebouwen is het energieverbruik lager. Door de verhogingen van de energiebelasting ontstaat er een per saldo nadeel op de energielasten van € 101.000.

Stortkosten (€ -437.000 N)
Als gevolg van COVID-19 en de daarbij genomen maatregelen is er een thuis opruimactie ontstaan. Hierdoor werd het aanmerkelijk drukker op de milieustraten. Dit met als gevolg dat de hoeveelheid aangeboden afval, en daarmee de stortkosten, incidenteel meer waren in 2020. In 2020 heeft het Rijk wel compensatie aangekondigd maar nog niet gegeven. Zodra deze compensatie komt moeten wij deze op basis van aanvullende begrotingsvoorschriften in 2021 verantwoorden.

Beheer overige gebouwen en gronden (€ 677.000 V)
Dit voordeel betreft een samenstel van posten. De belangrijkste hebben te maken met incidentele grondverkopen. De grondverkopen betreffen de volgende locaties:
- Van der Peijlstraat, Terneuzen;
- Leidingenlaan-Zuidhof, Sluiskil;
- Leepstraat, Sas van Gent;
- Oranjestraat, Axel;
- 4 Ambachtenstraat Sas van Gent;
- Oostkade Sluiskil.

Voor het project de Kampanje zijn gronden verkocht aan de projectontwikkelaar voor € 430.000. Deze verkoopopbrengst gebruiken wij als dekking van de realisatie van de nieuw te bouwen bibliotheek. Dit bedrag voegen wij bij de bestemming van het rekeningresultaat 2020 toe aan de bestemmingsreserve kapitaallasten investeringen economisch nut, evenals de hiervoor nog in 2021 te ontvangen bedragen.   

Algemene uitkering Gemeentefonds (€ 372.000 V)
Het gemeentefonds geeft in 2020 een voordeel van € 148.000. Dit is een combinatie van aanpassing van de uitkeringsfactor, de aantallen en de compensatie COVID-19 door het Rijk bij de decembercirculaire 2020. Het grootste voordeel in deze analyse ziet op nabetalingen 2018 (€ 69.000 V) en 2019 (€ 159.000 V). Dit vanwege de actualisatie van aantallen waarmee het Rijk de algemene uitkering berekent. Vooral het CBS publiceert diverse definitieve aantallen pas na afloop van één of meerdere jaren. Dit met als gevolg dat hierdoor het Rijk de algemene uitkeringen voor die jaren bijstelt.

Hogere uitkering brandschade basisschool De Geule (€ 311.000 V)
De afhandeling van de brandschade met de verzekering heeft enige tijd geduurd. Uiteindelijk heeft dit geleid tot een hogere uitkering van de verzekering dan verwacht voor de brandschade bij basisschool De Geule in de Rivierenbuurt.

Herverdeling middelen startgroepen (€ 122.000 V)
Dit voordeel betreft een herverdeling van de middelen voor de startgroepen. Door nadere uitvoeringsafspraken en wijziging als gevolg van de toegekende Regiodeal ZVL 'Zeeuwen Zelf aan Zet', zijn de geraamde bedragen voor de startgroepen herverdeeld over de jaren 2020 t/m 2023. In 2020 stond er een raming van € 150.000 waarvan € 28.500 uitgegeven is. Het restant van € 121.500 is opgenomen in de overzichten op het eind van deze analyse voor toevoeging aan de reserve sociaal domein bij de resultaatbestemming 2020.

Bijdrage collectief vervoer (CVV) (€ 407.000 V)
Het voordeel op de bijdrage CVV is vooral ontstaan door minder leerlingenvervoer als gevolg van de sluiting van de scholen tijdens de lockdown.

Cultuurpresentatie, productie, en -participatie (€ 111.000 V)
Het overschot op de cultuurmiddelen is voor het grootste deel het restant van het cultuurfonds van 2020. In 2020 hebben we met de COVID-19 compensatie van het Rijk (€ 367.000) voor ondersteuning culturele instellingen een cultuurfonds geopend. Instellingen konden op basis van bepaalde criteria een beroep op dit fonds doen. Het restant (€ 71.000) is opgenomen in de overzichten op het eind van deze analyse voor toevoeging aan het cultuurfonds 2021.

Sociaal domein niet hekwerk (€ 792.000 V)
We spraken af dat we voor de Wmo, Jeugdwet en de Participatiewet budgetneutraliteit hanteren. Dit noemen we het hekwerk. Daarnaast bevat programma 6 Sociaal domein ook nog andere posten die niet tot het hekwerk behoren. Op deze posten hebben wij per saldo € 792.000 voordeel. Dit is vooral onderverdeeld in:
- Besluit bijstandsverlening zelfstandigen, waaronder uitvoeringskosten TOZO € 861.000;
- Minimabeleid € 71.000
- Inburgering € - 106.000

Wonen en bouwen (€ 230.000 V)
De belangrijkste reden voor het voordeel is het nog niet uitgegeven budget voor subsidies asbest (€ 180.000). Ook de onderzoeken voor de gemeentelijke transitievisie zijn nog niet uitgevoerd. Daarom hevelen we ook dit bedrag (€ 50.000) over naar 2021. Dit betreft transitie haalbaarheidsonderzoeken voor projecten van woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars.

Overige mutaties onder de € 100.000 (€ 43.000 N)
Dit is de sluitpost naast de hierboven apart genoemde posten die ontstaat door een veelheid van posten onder de € 100.000, zowel min als plus.  Omdat wij de posten boven € 100.000 toelichten gaan wij verder niet in op deze sluitpost.

Voor een meer verklarende toelichting verwijzen wij naar de toelichting op baten en lasten per programma.

Budgetoverhevelingen 2020 naar 2021 en resultaatbestemming 2020