A. Lokale heffingen

Rioolheffing

Rioolheffing heffen wij van eigenaren over de waarde in het economisch verkeer van hun perceel (de WOZ-waarde). De gemeenteraad besloot op 13 december 2018 om het extra benodigd exploitatiebudget voor het Water- en Rioleringsplan 2019-2023 met ingang van 2020 te verhalen via de rioolheffing. Dit leidde tot een verhoging van het tarief. De bestemmingsreserve voor de rioolheffing van circa € 80.000 wendden wij aan in 2020, wat zorgde voor een verlaging van het tarief. Per saldo betekende dit een verhoging van het tarief van 4,1%. Daarnaast indexeerden wij het tarief met 1%. Rekeninghoudend met het bovenstaande is het tarief van de rioolheffing voor 2020 vastgesteld op 0,094% van de WOZ-waarde 2020 met waardepeildatum op 1 januari 2019.

In de oorspronkelijke begroting hielden we rekening met een opbrengst van € 5.382.000. Dit leidde tot een kostendekkendheid van 92%. In de derde perioderapportage 2020 brachten wij de raming in overeenstemming met de prognose van Sabewa Zeeland uit haar 3e kwartaalrapportage 2020. Wij verlaagden de raming van de opbrengst rioolheffing in 2020 met € 168.000 naar € 5.214.000. De werkelijke opbrengst bedraagt € 5.293.000. Dit is € 79.000 (1,5%) hoger dan geraamd. De meeropbrengst heeft te maken met hogere werkelijke WOZ-waarden van de niet-woningen dan in de kwartaalrapportage was geschat.

Het werkelijk percentage kostendekking voor de rioolheffing is 98%. De werkelijke kosten zijn lager dan geraamd. Het gaat om onder andere lagere kapitaallasten. De lagere kapitaallasten zijn het gevolg van nog niet uitgevoerde rioleringsinvesteringen. Bij het opstellen van de jaarrekening 2018 voegden wij € 88.000 toe aan de voorziening riolering. Zoals aangegeven in de begroting 2020 valt deze voorziening vrij in 2020.